
JIT NARAIN (1948-2024): ‘het leven zeeft het vuil van de dood’
| starnieuws | Door: Redactie
Ik ga terug naar juni 1986, naar de maand waarin ik Jit voor het eerst ontmoette. Hij was samen met
Het seminar was een keerpunt in zijn leven, verklapte hij later. In Nederland, zo vertelde hij, verkeerde hij ten tijde van het seminar in een diepe depressie. Het Sarnámi waarmee hij zich volledig identificeerde en dat hij met eigen haren uit de sloot probeerde te trekken, kreeg vrijwel geen respons uit de gemeenschap en ook in zijn beroep als huisarts was hij in een doodlopende weg beland: hij realiseerde zich
Vorig jaar kreeg hij opeens hartklachten. Na een aantal onderzoeken werd er besloten dat hij een grote hartoperatie moest ondergaan. Het kwam er echter niet zo snel van want dan was die er niet, dan was die met vakantie, enzovoorts enzovoorts. Toen het eindelijk bijna zo ver was en er een laatste onderzoek werd gedaan, stuitte men op een vergevorderde darmcarcinoom. Deze moest, zoals in medische kringen gebruikelijk is, als eerste aangepakt worden.
In de weken voor de op handen zijnde hartoperatie had ik enkele gesprekken met Jit. Hij reageerde stoïcijns op de operatie en hij had er zelfs een goed gevoel bij. Zodra hij beter was, wilde hij met mij naar India gaan, dat was zijn laatste ‘project’, zo zei hij. Dan zou hij op de terugreis Geert Koefoed (een goede vriend van Jit) meenemen naar Suriname. (Dit alles was terloops meer als borreltafelpraat ter sprake gekomen tijdens ons verblijf in Nederland ter gelegenheid van de Jit Narain Cultuurprijs.) Het verbaasde me dat hij dit plannetje serieus genomen had en het vaste voornemen had om het ook uit te voeren. Ik probeerde zijn enthousiasme wat te temperen want het laatste waar ik aan dacht, was wel India. Het was bovendien ironisch dat India de laatste jaren steeds meer op zijn agenda kwam te staan, omdat hij de klakkeloze imitatie en het behoud van Indiase cultuuruitingen in zijn gedichten zo bestreed. Waarom hij India verliet, dat kan ik begrijpen;dat India hem nooit verliet, daar moet ik onder lijden.Maar Jit leek met iets in het reine te willen komen. En zonder enige aanloop sprong hij opeens naar de olifant in de kamer: ‘En als ik niet uit de narcose ontwaak, slaap ik gewoon door. En hallóó, jouw vader heeft toch ook gewoon doorgeslapen?’De darmoperatie vond in de morgen van woensdag 21 februari plaats. ‘Operatie goed verlopen’, kreeg ik geappt. ‘Bezoek om 18.00.’ En om 22.00: ‘Jit heeft ons verlaten.’ Zo kort na zijn overlijden is het natuurlijk absurd om enige pretentie te hebben om Jits bestaan, functioneren en invloed te schilderen. Ik wil hier echter wel – zo Jit dit niet gedaan heeft - enkele mensen buiten Jits familie- en Sarnámikring die zijn functioneren positief en blijvend beïnvloedden en over wie Jit zich herhaaldelijk bij mij uitgelaten heeft, noemen: Michiel van Kempen en Geert Koefoed. Beide namen zijn hier al eerder voorbijgekomen. Michiel zette tijdens zijn periode in Suriname als docent Nederlands de recensiepagina de Ware Tijd Literair op en hij was een van de eersten die Jit indringend en positief recenseerde. Geert Koefoed was ook docent Nederlands in Suriname en hij zou later enkele dichtbundels van Jit redigeren. Jit was met beiden bevriend – en natuurlijk ook met zijn gezel in de literatuur, France Olivieira. Ten slotte: Jit was gul. Het aantal mensen dat donaties van hem ontving of gratis in een van zijn woningen mocht wonen, is bijna niet te tellen. Zijn gulheid was zo groot dat deze soms de graad van ‘al te goed is buurmans gek’, oversteeg. Hij werd dan ook vaak bestolen of opgelicht. Maar dat hoorde er volgens Jit allemaal bij: het was nu eenmaal de prijs van empathie.Het leeuwendeel van de mensen – zij die te ‘Langadam’ en omgeving wonen – zal deze ter gedachtenis niet lezen. Voor de meesten was hij die gekke dokter die men bij tij en vooral ontij kon consulteren. En als hij vloekend op zo’n zondagmorgen naar beneden liep, hoorde men hem gelaten aan want men wist zéker dat hij hen zou helpen, zelfs al was het voor een vage buikpijn in hun enkel.steeds opnieuw vermeed hij de Weg naar Zee en toen ineens de wind stil viel,de rivier ophield te stromen en de woordenuit zijn gedachten schoten, is zijn lichaam ver van de vuurplaats neergevallenE.N.Ketwaru| starnieuws | Door: Redactie